Er zijn twee grote groepen teken: de harde teken (Ixodus) en de zachte teken (Dermacantor). De harde teken komen in Nederland het meest voor.
Ziekte van Lyme:
Deze ziekte wordt veroorzaakt door de bacterie Borrelia burgdorferi en wordt ook wel Borreliose genoemd. De ziekte geeft bij de kat nauwelijks problemen. Bij de hond wat vaker, maar ook weinig (5% tot 10% van de tekenbeten geven verschijnselen bij de hond: wisselende kreupelheid en koorts). De kat laat een aspecifieke algehele malaise zien. De mens krijgt in 60% tot 80% van de gevallen een rode ring rond de beet. Deze ontstaat één tot drie weken na de beet. De ring wordt steeds groter. Binnen de ring is de huid weer normaal. Ook bij geen behandeling verdwijnt deze ring weer vanzelf. Soms zijn er griepachtige verschijnselen aanwezig, zoals spierpijn, hoofdpijn, koorts en gewrichtspijn. Hieruit kunnen weer complicaties ontstaan als de ziekte niet behandeld wordt.
Rickettsiose:
De bacterie die deze ziekte veroorzaakt kan ook door de teek overgebracht worden naar de mens. Honden kunnen deze ziekte verspreiden, doordat ze vervoerd worden van besmette naar niet-besmette gebieden. Zie voor meer informatie hierboven: Rickettsiose, overgebracht door vlo.
Tick-Borne Encephalitis:
Deze ziekte wordt veroorzaakt door een virus, welke door de teek wordt overgebracht. Gastheren voor dit virus zijn: koeien, geiten en schapen. Via de melk worden ze weer uitgescheiden. De mens en de hond worden soms geïnfecteerd. Deze ziekte komt vooral voor in Centraal Europa, Scandinavië, Italië en Griekenland, maar er zijn aanwijzingen dat er ook besmette teken in Duitsland en Nederland voorkomen. Symptomen: koorts, malaise en hoofdpijn. In tweede instantie treden zenuwverschijnselen op.
Babesiose:
Van de parasiet die deze ziekte veroorzaakt zijn meerdere ondersoorten. Bij de mens komt alleen de Babesia divergens voor. Deze parasiet heeft als reservoir het rund en wordt via teken (harde teken) naar de mens overgebracht. De infecties verlopen vaak symptoomloos. Soms wordt een grote milt aangetroffen. Bij de hond komt B. canis voor. Deze parasiet wordt overgebracht door een zachte teek en veroorzaakt bij de hond koorts, sloomheid, grote lymfeklieren en bleke slijmvliezen. De bleke slijmvliezen worden veroorzaakt doordat de parasiet de rode bloedcel intrekt en deze kapot maakt.
Ehrlichia en Anaplasma:
Deze bacteriën infecteren onze witte bloedcellen. Ze worden door de harde teken overgebracht en komen uit het reservoir van de kleine knaagdieren, herten, reeën, schapen, paarden en runderen. Anaplasma geeft koorts, malaise, spierpijn en hoofdpijn.
Tularemie (hazenpest):
Er zijn twee types van deze ziekte. Type A is in Nederland uiterst zeldzaam. De ziekte komt vooral voor in Noord-Amerika. De bacterie leeft vooral bij konijnen, maar ook bij andere zoogdieren, vogels, insecten en in water en modder. Type B komt voor in Europa, Azië en Noord-Amerika bij hazen, bevers, muskusratten en muizen. Besmetting gaat via besmet water, hooi, stro, teken en muggenbeten. Bij de mens wordt het vooral overgebracht door aanraking van besmette karkassen en door besmette luchtdeeltjes bij het hooien. Ook honden en katten kunnen besmet worden en de infectie overbrengen door bijvoorbeeld likken en krabben. Teken vormen hierbij een potentieel risico.